Samenwonen met anderen, een idee?

‘Als we wat ouder zijn, gaan we met z’n allen in één huis wonen. Dan zorgen we gewoon voor elkaar.’ Het klinkt ideaal, samenwonen met vrienden. Maar zo’n stap vraagt wel de nodige voorbereiding. Waar moet je allemaal aan denken?

Samenwonen met vrienden kent veel voordelen. Behalve gezelligheid biedt het zekerheid: u kunt zelfstandig blijven wonen en bij problemen rekenen op een helpende hand van uw medebewoners. Bovendien maakt het delen van een woonpand – en dus ook het splitten van de kosten – het mogelijk om op een plek te gaan wonen die anders wellicht niet mogelijk was geweest.

Nadelen kunnen er echter ook zijn. Denk aan ongunstige financiële consequenties. Of aan te veel onderlinge bemoeienis en sociale controle.

Om succesvol te kunnen samenwonen moet allereerst duidelijk zijn of iedereen op dezelfde golflengte zit. Deze overlegpunten helpen om dat helder te krijgen. Bovendien geven ze ook een indruk van wat u moet uitzoeken op fiscaal, financieel en juridisch terrein.

Wat zijn de woonwensen?

Over de keus van de woonplek bent u het waarschijnlijk snel eens. Vervolgens zijn dit belangrijke discussiepunten:

·         Wordt het een plek aan het strand, in het centrum, afgelegen op de campo?

·         Hoe groot wordt de tuin?

·         Wil iedereen over een eigen woongedeelte of woonlaag beschikken – met zitkamer, slaapkamer, keuken, berging en badkamer? Of volstaat een woon/slaapkamer per huisgenoot en worden keuken, sanitaire voorzieningen en bergruimtes gedeeld?

·         Komt er daarnaast een gezamenlijke woonkamer?

·         Is aparte logeerruimte gewenst voor (klein)kinderen en gasten?

·         Is het belangrijk dat er meerdere parkeerplaatsen beschikbaar zijn?

Gaan we kopen of huren?

Er zijn verschillende mogelijkheden om de woonruimte te financieren.

1.       Samen kopen, waarbij elke bewoner naar rato zijn eigen woongedeelte koopt (en mogelijk een bedrag betaalt voor de gezamenlijke ruimte).

2.       Het pand wordt gefinancierd door één bewoner, en de anderen betalen hem huur.

3.       Het pand wordt door meerdere bewoners gehuurd.

Elke optie kent zijn eigen haken en ogen. In het eerste geval zal waarschijnlijk een splitsingsvergunning nodig zijn. Ook bestaat het risico dat een van de kopers – na de koop – bij het in gebreke blijven van de anderen voor de totale hypotheeksom wordt aangesproken.

Als er voor optie 2 een hypotheek nodig is (die op oudere leeftijd meestal minder makkelijk verkregen wordt) is het de vraag of de hypotheekverstrekker toestemming geeft voor verhuur.

En voor optie 3 geldt dat verhuurders over het algemeen maximaal twee huurders in het huurcontract opnemen. Deze huurders zijn dan dus aansprakelijk voor de totale huursom; de anderen moeten hun persoonlijke huurdeel aan hen betalen. Zowel bij wanbetaling van de hoofdhuurders als van een van de medehuurders kunnen de gevolgen behoorlijk vervelend zijn.

Laat u van tevoren daarom goed informeren door een hypotheekadviseur of gespecialiseerde gestor  over de voor- en nadelen van de respectievelijke opties.

Wat zijn mogelijke financiële consequenties?

Gezamenlijk huren of kopen brengt meer posten met zich mee die samen – of desgewenst afzonderlijk – moeten worden opgebracht. Denk onder meer aan onderhoud van het pand, onderhoud van het zwembad en de tuin, belastingen, stookkosten, energie, gas en water, providers voor tv, telefoon en internet, woon/inboedelverzekering, .

Maar het kan ook tot nadelige individuele consequenties leiden. Samenwonen heeft geen gevolgen voor een pensioen, maar wel voor uitkeringen als bijvoorbeeld AOW. Die zal over het algemeen verminderd worden.

Ook hier geldt: laat u terdege informeren.

Hoe verdelen we de taken?

Samen leven is samen delen. Dat geldt voor de administratieve rompslomp, schoonmaak en onderhoud, maak ook voor zaken als mantelzorg en gezamenlijk leuke dingen doen – goed voor de sfeer in huis.

Het is slim om van tevoren al te overleggen wie wat gaat doen. Het is handig als bijvoorbeeld één persoon verantwoordelijk is voor de administratie en het innen van de individuele bijdragen aan de huur of hypotheek, elektriciteit, gas, water, internet et cetera. Een penningmeester dus.

Een tweede bewoner kan de ‘klusjesman’ oftewel beheerder worden. Dat wil niet zeggen dat hij of zij zo nodig persoonlijk spijkers in de muren gaat slaan. Het is vooral een organisatorische taak. De beheerder regelt alles met betrekking tot het dagelijkse onderhoud van huis, tuin en zwembad (huishoudelijke hulp, boodschappendiensten, een tuinman, poolman). Ook belt hij hulptroepen bij problemen (verstopping, lekkages, slijtage, falend internet, om maar wat te noemen).

Weer een ander neemt de afdeling Zorg & Welzijn op zich. Die kan bij ziekte of chronische problemen van een huisgenoot de onderlinge mantelzorgtaken coördineren. Verder organiseert hij gezamenlijke activiteiten zoals bijvoorbeeld huisetentjes, uitstapjes en regelmatig bewonersoverleg.

Hoe houden we het gezellig?

Uiteraard zijn er ook goede afspraken nodig om ieders privacy en woongenot te garanderen. Een huis delen vraagt nu eenmaal veel sociale souplesse.

Bovendien betekent samenwoning met vrienden op oudere leeftijd dat je in feite afspreekt dat je verantwoordelijk wordt voor elkaar. En dat met de intentie om dit ‘voor altijd’ te gaan doen.

Het is daarom zinvol om ook deze overwegingen met elkaar te bespreken:

·         Hoe blijft ieders privacy gewaarborgd?

·         Wat als er conflicten ontstaan?

·         Wat als een van de huisgenoten overlast veroorzaakt – ook al is dat onopzettelijk?

·         Wat doen jullie wel of niet samen? Denk aan koken, gezamenlijke activiteiten, abonnementen delen en dergelijke.

·         Wat als iemand zijn financiële verplichtingen niet meer kan nakomen?

·         Wat als een bewoner een nieuwe partner krijgt?

·         Stel dat een huisgenoot naar een verpleeghuis verhuist, naar Nederland terug verhuisd of overlijdt. Welke afspraken gelden dan voor de selectie van een nieuwe voordeurdeler?

·         Wat als een huisgenoot veel zorg nodig heeft – of meerdere bewoners tegelijkertijd? Wat kunnen jullie wel of niet aan?

·         Wat als een bewoner zijn deel van de taken niet meer kan volbrengen? Wie neemt dan wat over?

·         Welke afspraken komen er voor noodgevallen? Wanneer grijp je in bij ‘no show’? Wie gaat dan poolshoogte nemen? Hangen er reservesleutels van alle woonruimtes op een centrale plek? Komt er een telefoonlijst met alarmnummers van de diverse familieleden? Zijn ieders gezondheidsproblemen en individuele wensen bekend (wel/niet reanimeren)?

Tot slot: checklist voor de nieuwe stek

Komen de wensen en visies (zoveel mogelijk) overeen? Dan houdt niets jullie meer tegen om op zoek te gaan naar een nieuwe plek onder de zon.

Al een ideale accommodatie op het oog? Check de toekomstige woonruimte dan nog even op deze punten:

·         Kunnen er zo nodig trapliften worden aangebracht?

·         Kunnen sanitaire ruimtes geschikt worden gemaakt voor huisgenoten met fysieke beperkingen?

·         Zijn de toegang en het pand zelf rolstoeltoegankelijk?

·         Zijn er vluchtwegen?

·         Kan iedereen vanuit zijn eigen woongedeelte de centrale voordeur openen?

·         Is er ruimte om (elektrische) fietsen, rollators, rolstoelen en/of scootmobiels te parkeren?

·         Zijn winkels, apotheek, huisarts, openbaar vervoer en andere essentiële voorzieningen in de buurt?

Bron: www.groupiuswonen.nl